Het Belgische fiscale autolandschap is op zijn minst uitdagend te noemen, zeker voor wie zijn voertuig beroepsmatig gebruikt. Deze mini-encyclopedie biedt je een helder overzicht van de recentste regels en de voornaamste termen en begrippen, vergezeld van een woordje uitleg.
De fiscale aftrekbaarheid van een auto is het percentage waaraan alle voertuiggerelateerde kosten in mindering gebracht kunnen worden van de belastbare basis van de onderneming of de natuurlijke persoon. Het gedeelte niet-aftrekbare kosten zijn de zogenaamde verworpen uitgaven, die belast worden zoals gewone inkomsten.
Voor bestellingen tot en met 30 juni 2023 kunnen bedrijven en zelfstandigen de kosten voor hun bedrijfswagens fiscaal in mindering brengen op basis van de volgende formule:
Aftrekbaarheid = 120 procent – (0,5 procent x coëfficiënt x CO2/km)
Vanaf 141 g/km uitstoot bedraagt de fiscale aftrek automatisch 50 procent, vanaf 200g zelfs maar 40 procent.
Voor elektrische auto’s en auto’s op waterstof bedraagt de aftrekbaarheid 100 procent. Plug-inhybrides zijn een geval apart: er wordt een onderscheid gemaakt tussen ‘fake’ en ‘echte’ (zie verder). Voor de meeste plug-ins geldt dat ze een aftrekbaarheidspercentage genieten van 96 à 100 procent.
De overheid duwt de bedrijven richting nuluitstoot aan de hand van een fiscaal uitdoofscenario voor niet-elektrische auto’s. Met name de plug-inhybrides zijn daar het slachtoffer van. Een plug-in besteld na 30 juni 2023 ziet zijn aftrekbaarheid dalen van de huidige 96 à 100 procent naar 75 procent in 2025, 50 procent in 2026, 25 procent in 2027 en 0 procent vanaf 2028. Ook diesels, benzines en gewone hybrides volgen dit degressieve stramien.
Kortom: bestel je als onderneming of zelfstandige vandaag een plug-inhybride, een diesel, een benzine of een zelfopladende hybride, dan zal die gaandeweg fiscaal steeds duurder worden.
Het gedeelte van de autokosten dat niet fiscaal aftrekbaar is, wordt beschouwd als verworpen uitgaven – en daar moet je als bedrijf of zelfstandige belasting op betalen. Kortom: hoe hoger de fiscale aftrekbaarheid, hoge lager de verworpen uitgaven en hoe lager de belasting erop.
Bijvoorbeeld: een auto is 62 procent fiscaal aftrekbaar. Dat betekent dat 38 procent van de kosten beschouwd worden als verworpen uitgaven. Daarop betaal je belastingen.
In principe is de btw op goederen of diensten die voor zakelijke doeleinden worden aangekocht, helemaal recupereerbaar (aftrekbaar) voor btw-plichtigen (dus niet voor vrije beroepen die niet btw-plichtig zijn). Voor lichte bedrijfsvoertuigen (bestelwagens en pick-ups) die louter beroepsmatig worden gebruikt, is de btw inderdaad 100 procent aftrekbaar, maar zodra er sprake is van privégebruik, liggen de kaarten anders. Bij een personenwagen wordt er sowieso uitgegaan van privégebruik en is er dus een verlaagde btw-aftrek van toepassing.
Bij personenwagens kan maximaal 50 procent van de btw teruggevorderd worden, maar in de praktijk gaat het voor de meeste btw-plichtigen slechts over 35 procent. Dat is het forfait dat courant wordt gehanteerd, al kun je ook aan de hand van rittenboeken de verhouding privé-professioneel vastleggen en de btw-aftrek op basis daarvan laten berekenen. Het maximum bedraagt 50 procent.
Samen met de nieuwe WLTP-meetcyclus deed op 1 september 2017 de Euro 6c-emissienorm zijn intrede. Intussen zijn we alweer een stap verder: de huidige emissienorm draagt de naam Euro 6d. Voertuigen die aan deze norm voldoen, hebben een WLTP-homologatie en hebben bovendien een emissietest op de weg doorstaan, RDE genaamd (voor Real Driving Emissions).
Concreet betekent dit dat hun fijnstof- en stikstofoxide-uitstoot (PM en NOx) op de weg gecontroleerd wordt en vergeleken met de labowaarden gemeten onder WLTP-condities. Er wordt vandaag een bepaalde marge toegepast omdat de meetmethode op de weg niet altijd op dezelfde manier kan verlopen.
Voertuigen die hun uitstoot binnen deze marge weten te houden, krijgen een Euro 6d-homologatie en zijn per definitie nog een stuk schoner dan Euro 6b en zeker Euro 5-voertuigen. De huidige diesels zijn dan ook in niets te vergelijken qua uitstoot met hun voorgangers. Onafhankelijke emissietests door Air Alliance en Auto Motor und Sport tonen dat ook aan.
Om als ‘echt’ beschouwd te worden, mogen plug-inhybrides om te beginnen niet meer dan 50 gram CO2 per kilometer uitstoten. Daarnaast moet ook de energiecapaciteit van de aandrijfbatterij bekeken worden. De verhouding tussen het vermogen van de batterij en het wagengewicht moet minimaal 0,45 kWh per 100 kg bedragen. Als aan beide voorwaarden is voldaan, dan mag de gehomologeerde CO2–uitstoot van de plug-in als referentie genomen worden voor de berekening van de aftrekbaarheid en het voordeel van alle aard (VAA).
Is de energiecapaciteit echter lager en/of ligt de uitstoot hoger dan 50 g/km, dan moet er gekeken worden naar de CO2-uitstoot van de overeenstemmende ‘gewone’ versie met verbrandingsmotor (waar de plug-in op gebaseerd is). Indien er geen ‘gewone’ versie bestaat, dan moet de CO2 van de plug-in met 2,5 vermenigvuldigd worden.
Bedrijven die een voertuig (auto of lichte vracht) ter beschikking stellen aan hun personeel dat ook voor privédoeleinden mag worden gebruikt, moeten daarvoor een solidariteitsbijdrage betalen aan de sociale zekerheid. Deze bijdrage is echter niet verschuldigd door zaakvoerders van een vennootschap, net zomin ze van toepassing is voor eenmanszaken en vrije beroepen.
De solidariteitsbijdrage wordt berekend op basis van de CO2-uitstoot en de brandstofsoort van de auto. De minimumbijdrage wordt elk jaar aangepast en is voor 2023 vastgelegd op €31,34 per maand.
Formule CO2-bijdrage
In deze formules staat Y voor de CO2-uitstoot in gram per kilometer, zoals vermeld op het gelijkvormigheidsattest. De uitkomst van elk van de formules moet minstens gelijk zijn aan 20,83 x i. Dit is de minimumbijdrage, die ook betaald moet worden voor elektrische bedrijfswagens.
De i staat voor de indexatiefactor, die jaarlijks wordt aangepast. Voor 2023 moeten de bedragen worden vermenigvuldigd met 171,64 en vervolgens worden gedeeld door 114,08.
Bedrijfsauto’s die na 30 juni 2023 besteld werden, zien hun CO2-bijdrage stelstelmatig stijgen de komende jaren. Uitzondering op de regel zijn plug-inhybrides en volledig emissievrije voertuigen, zoals elektrische auto’s. Kortom, de wijziging geldt enkel voor diesels, benzines, zelfopladende hybrides en voertuigen op gas.
Voor deze voertuigen moet de CO2-bijdrage worden vermenigvuldigd met de volgende coëfficiënten:
Vanaf Coëfficiënt
1 juli 2023 2,25
1 januari 2025 2,75
1 januari 2026 4,00
1 januari 2027 5,5
De impact van deze wijziging is dan ook aanzienlijk, zeker voor auto’s met een relatief hoge CO2-uitstoot. Voor plug-inhybrides zijn de gevolgen beperkt, zoals je hier kunt lezen.
De kostprijs van een auto is veel meer dan de som van de aankoopprijs, het onderhoud, de verzekering, de banden, de brandstof en de taksen. Er is ook nog zoiets als de niet-recupereerbare btw, de fiscale aftrekbaarheid, de verworpen uitgaven en naargelang het geval de CO2-bijdrage. Als je al die elementen in rekening brengt, dan kun je spreken van de Total Cost of Ownership (TCO) van een auto.
De berekening van de TCO is geen eenvoudig gegeven. Als niet-specialist kun je er hooguit een gooi naar doen aan de hand van inschattingen en veronderstellingen. Er bestaan wel TCO-berekeningstools, maar die zijn voor kleine ondernemingen of zelfstandigen niet zomaar toegankelijk of verkrijgbaar. Sommige autoverkopers hebben wel toegang tot zulke calculators, maar bieden de TCO-berekening alleen aan voor de modellen die ze zelf verkopen.
Auto’s gaan vergelijken op basis van TCO is geen sinecure voor de kmo of zelfstandige. Goed nieuws: dankzij deze dienstverlener hebben ook zelfstandigen en zaakvoerders van kleine ondernemingen toegang tot deze complexe, maar nauwkeurige berekeningen zodat ze onderaan de streep snel en eenvoudig kunnen zien wat de meest gunstige oplossing is.
Wie als werknemer van een bedrijf of als zaakvoerder van een vennootschap een bedrijfsauto ter beschikking krijgt en deze ook voor privéverplaatsingen mag gebruiken, geniet een zogenaamd Voordeel van Alle Aard (ook wel voordeel in natura genoemd). Daarop moet belasting worden betaald, aangezien het om een soort van verloning gaat. Eenmanszaken zijn niet onderworpen aan deze belasting omdat ze de auto financieren als natuurlijk persoon.
De basis voor de belasting op het VAA wordt voor personenwagens bepaald door een formule die rekening houdt met de fiscale cataloguswaarde van de auto (inclusief alle opties), de CO2-uitstoot, de brandstofsoort en de leeftijd van de auto. Met name plug-inhybrides en elektrische auto’s leveren een relatief beperkt VAA op.
Woon-werkverplaatsingen worden overigens ook als privé beschouwd. Er is echter een uitzondering: lichte bedrijfsvoertuigen (bestelwagens of pick-ups). Als je daarmee van thuis naar de werf of werkplek pendelt, dan geldt dat als zakelijke verplaatsing. Zodra je je bestelwagen of pick-up echter mee naar huis neemt in het weekend, is er wel sprake van privégebruik. Daar moet je dus belastingen op betalen, die in dit geval echter berekend worden op het werkelijke voordeel.
Tot voor kort waren de officiële verbruikswaarden en CO2-uitstootcijfers van een auto gebaseerd op de voorbijgestreefde NEDC (New European Driving Cycle), die uit de jaren 80 stamt. De voorbije decennia zijn zowel technologie als gebruiksomstandigheden sterk geëvolueerd, met als gevolg dat de NEDC bijzonder onrealistische cijfers opleverde.
Vandaar de introductie in 2017 van de WLTP, een acroniem dat staat voor Worldwide harmonized Light-duty vehicles Test Procedure. Deze nieuwe homologatiemethode is nog steeds een laboratoriumtest – een wegtest brengt immers te veel variabelen met zich mee – maar de WLTP gaat gepaard met hogere gemiddelde en maximale snelheden, realistischere buitentemperaturen, snellere acceleraties en een grotere testafstand.
De WLTP houdt bovendien ook rekening met de invloed op het verbruik en de CO2-uitstoot van optionele uitrusting, zoals grotere banden, een trekhaak, een glazen schuifdak, spoilers, bijkomende stoelen, enzovoort.
YesYes BV
Veenstraat 10
B-3630 Maasmechelen
BTW: BE 0883 567 853