In een column in de Duitse krant Bild noemt Volkswagen-topman Oliver Blume de situatie bij zijn merk alarmerend. Hij stelt dat er grote veranderingen nodig zijn om het voortbestaan van het bedrijf te verzekeren.

Blume zegt dat de autotaart kleiner is geworden en dat er meer gasten aan tafel zitten die er een stukje van willen. De column van de CEO van Volkswagen volgde enkele dagen na de aankondiging dat er wordt overwogen om één of zelfs meerdere fabrieken in Duitsland te sluiten. De vraag naar auto’s daalt in Europa en Volkswagen kampt momenteel met een grote overcapaciteit. Er worden dus ook jobs bedreigd, dat zorgde logischerwijze al voor onrust en protest bij het personeel. De voorzitter van de ondernemingsraad van het bedrijf, waarin de vakbonden en de Duitse deelstaat Nedersaksen samen de meerderheid hebben, maakten al duidelijk dat er fel verzet tegen de mogelijke bezuinigingen zal komen.

Grote uitdaging

Blume wijst erop dat ze noodzakelijk zullen zijn om Volkswagen weer gezond te krijgen. De autoverkoop in Europa heeft nog altijd niet terug het niveau van voor de coronacrisis bereikt en tegelijk is er wel meer concurrentie uit Azië. De Duitser heeft het over een grote uitdaging voor de Europese auto-industrie. Om die voor Volkswagen het hoofd te kunnen bieden, zou er dus op de productiekosten moeten worden bespaard. Vandaar de mogelijke sluiting van enkele fabrieken, daar zullen dan zeker een deel van de 120.000 Duitse banen verloren gaan. Blume zei in het artikel in Bild wel nog dat Volkswagen al generaties een belangrijke werkgever is en dat beslist ook moet blijven. “We hebben werknemers van wie de grootvaders bij Volkswagen hebben gewerkt. Ik wil dat hun kleinkinderen dat ook nog kunnen doen.”