Je kan de jongste en al vijfde generatie van de Hyundai Santa Fe simpelweg omschrijven als een heel ‘vierkante’ auto, maar daar doe je hem dan toch wel enig oneer mee aan. Het ontwerp oogt tegelijk immers ook heel modern en het koetswerk verbergt een bijzonder ruim en comfortabel interieur. Autonieuws deed de test. 

Het Europese Santa Fe-gamma zit vrij eenvoudig in elkaar. De zelfopladende HEV biedt om te beginnen keuze tussen twee- en vierwielaandrijving door de 215 pk sterke combinatie van een 1,6 liter grote viercilinder en een elektromotor. Daarnaast is er ook een plug-inhybride en altijd vierwielaangedreven variant met een systeemvermogen van 253 pk. Dat komt van dezelfde 1.6 en een dus wat krachtigere elektromotor, een batterij van 13,8 kWh zorgt in ideale omstandigheden voor een volledig elektrisch rijbereik van een 50-tal kilometer. Maar daarover later meer, want het is die versie waar wij een weekje mee rondtoerden. Voor de volledigheid, naar een grotere V6 op benzine of een dieselmotor moet je bij je Hyundai-dealer niet meer informeren. Dat soort aandrijvingen worden door Zuid-Koreaanse autobouwers zelfs voor dit soort SUV’s niet meer voorzien, toch niet in Europa. 

Een ‘beetje’ Defender

Met een lengte van 4.830 millimeter is de Santa eigenlijk nog iets kleiner dan hij op het eerste en zelfs tweede gezicht waarschijnlijk lijkt. Het concept en ook de contouren van het imposante koetswerk zijn wel enigszins vergelijkbaar met die van de jongste Land Rover Defender, voor die auto kan je natuurlijk wel kiezen tussen een korte 90, een middellange 110 en een lange 130. Verder hoeft de vergelijking ook niet te gaan, want de Brit is er net wel nog met grote motoren op benzine én op diesel en is ook een heel pak duurder dan de Hyundai.

 Verschillende details maken er toch een heel bijzonder ontwerp van 

Voor zijn nieuwste Santa Fe brak het merk in elk geval wel volledig met de looks van de vorige generaties. Die hadden nog vrij ronde en wat Aziatisch en zelfs Amerikaans aandoende vormen, het vorig jaar gelanceerde model oogt echter net heel geometrisch en vierkant. Of eerder rechthoekig dus, met de hoge motorkap, de zowat vlakke flanken en zeker ook de haast kaarsrechte achterkant. Je zou dan misschien al kunnen denken dat de designers er weinig werk aan hadden, maar er zijn natuurlijk (en gelukkig) wel nog heel wat details die er toch een modern ontwerp van maken.

Futuristisch sfeertje

Opvallen doen bijvoorbeeld – en anno 2025 haast vanzelfsprekend – de lichtblokken voor en achter, die komen telkens met de vorm van de letter H. Ze zijn achteraan opvallend laag gepositioneerd, het zorgt zelfs voor een wat futuristisch sfeertje. Alsof de Santa Fe eerder (nog) een conceptcar dan (al) een productiemodel is. Het interieur lijkt heel keurig afgewerkt met kwaliteitsvolle en volgens Hyundai ook duurzame materialen. Echt swingen doet het misschien niet, maar dat verwacht je dan ook niet van dit soort auto.

 Alsof de Santa Fe nog eerder een conceptcar is 

Het digitale dashboard en het infotainmentscherm van natuurlijk het aanraaktype lijken één (en lichtjes gebogen) geheel te vormen, het vraagt niet veel tijd om je weg in de diverse menu’s te vinden en alles werkt vrij snel. Knap zijn ook de camerabeelden die links of rechts van het stuurwiel verschijnen bij het gebruik van de richtingaanwijzers, ze bezorgen je een nog betere kijk op wat er naast de auto gebeurt. De middenconsole onder het scherm is zowel hoog als breed en omvat twee ‘stations’ voor het opladen van telefoons, erboven maken een reeks klassieke kloppen ons ook nog wel blij. Dat doen evengoed de vele en handige bergvakken, zo is er ook onder die centrale console nog een grote ‘open’ ruimte met een bekleding die verhindert dat spullen daar gaan rondschuiven.

Royale zit- en laadruimte

De zitruimte is echt royaal, zowel voorin als op de verschuifbare tweede rij met verstelbare rugleuning. Qua been- en hoofdruimte hebben zelfs basketters daar niet te klagen, er is trouwens keuze tussen configuraties met twee en drie zitplaatsen. Helemaal achterin kunnen er desgewenst en voor een kleine meerprijs ook nog twee passagiers mee, met dan wel een andere sport als beroep of hobby. Over dat laatste gesproken, met alle stoelen achter de voorste zitrij neergeklapt is er ook plaats voor heel wat spullen. Je krijgt tot zo’n 1.950 ‘liter’ in de auto, de Santa Fe kan dan ook fungeren als een soort assistentiewagen bij een verhuis. De vorm van de achterklep maakt ook dat de toegang tot de laadruimte heel uitnodigend en dus praktisch is. 

 De auto weegt meer dan 2 ton 

Een onvermijdelijk nadeel van de grote afmetingen en natuurlijk ook de montage van een batterij voor de elektrische motor is het hoge gewicht van de auto. Hij weegt leeg meer dan 2 ton, gezien het ook niet echt hoge (gecombineerde) vermogen van de plug-inhybride aandrijving moet je je dan ook niet aan spectaculaire prestaties verwachten. De topsnelheid van 180 km/h is alleen in Duitsland nog relevant, maar met iets meer dan 9 seconden voor de spurt van 0 naar 100 km/h maak je vandaag natuurlijk ook geen indruk meer. 

Geen sportieve roeping

Je voelt dat hoge gewicht dan ook echt wel bij zowat elke stamp op het gaspedaal, het manifesteert zich evengoed als je eens wat sneller een bocht wil induiken. De Santa Fe heeft natuurlijk geen sportieve roeping, het is als bestuurder en als passagiers wel genieten van het hoogstaande comfort en daarmee ook de rust die je in de auto ervaart. Met dank ook aan de ‘slimme’ Frequency Sensitive Control-dempers en de heel soepel werkende zestrapsautomaat. Als je de motor in de Sportmodus wat meer toeren laat maken, hoor je hem wel ‘werken’. Echt storend wordt dat echter niet.

 Voor zwaar terreinwerk is de Santa Fe niet bedoeld 

Of de vierwielaandrijving van de Hyundai ook een terreinwagen maakt? Eerlijk, dat hebben we zelfs niet echt geprobeerd. Op misschien de looks na laat de Santa Fe zich echt niet vergelijken met de al vermelde Land Rover Defender, een voor het ruige werk geschikte ‘lage’ verhouding en een sperdifferentieel zijn er immers niet. Van een modderpoel of een winterse bui heeft hij met de altijd volgens de omstandigheden over de vier wielen verdeelde trekkracht natuurlijk ook geen schrik en enkele Terrain Mode-programma’s laten zeker toe de gedragingen van de auto aan al eens wat moeilijkere situaties aan te passen.

Beperkt trekvermogen

Enigszins tegenvallen doet misschien wel nog het trekvermogen. Dat bedraagt maar een goede 1.000 kilo, de concurrentie doet hier echt wel beter. Met meer dan dubbel zoveel kilo’s, zelfs. Van een plug-inhybride verwacht je vandaag ook een groot (zuiver) elektrisch rijbereik, 100 en zelfs nog wat meer kilometers zijn zowat de norm geworden. Die haalt de Santa Fe echter nog lang niet, met een volledig opgeladen batterij raak je maar zowat half zover. Vandaar ook een niet echt spectaculaire CO2-uitstoot van 38 g/km. Dat is het WLTP-cijfer, het reële verbruik hangt sterk af van de manier waarop en natuurlijk ook van waar je de auto gebruikt. Reken op zowat 7,5 l/100 km als je dagelijkse route zowel stukjes stad, dorp en snelweg telt. Je kan de energie van de batterij ook ‘opsparen’ voor plaatsen waar je graag volledig elektrisch rijdt, tot zolang de voorraad strekt natuurlijk... Ze weer opladen kan met 3,6 kW, dat vraagt dan een kleine vijf uur als je bij 0 kWh begint.

De Belgische Hyundai-invoerder verwacht natuurlijk geen stormloop voor de nieuwe Santa Fe. De auto was ooit wel een van de sterkhouders van het gamma, maar qua klassieke SUV’s is die rol ondertussen al een tijdje voor de Tucson weggelegd. Toch weet de zowel stoere als modern ogende Santa Fe ons wel te bekoren. Hij is bijzonder comfortabel, stuurt makkelijk en biedt veel plaats voor mensen en goederen. Met een prijs van minstens € 60.999 voor de zelfopladende hybride en € 68.499 voor de dan meteen als vrij complete Luxury komende PHEV met ook standaard vierwielaandrijving moet je daar wel stevig wat centen voor ophoesten.