De X1 groeit in alle richtingen, is een verbluffend concentraat van technologie en wil vooral met zijn infotainment indruk maken. Je zou haast gaan geloven dat het rijden op de tweede plaats komt.

Het belang van de X1 kan niet onderschat worden. De uitgaande generatie ging in ons land tienduizenden malen over de toonbank, met name als bedrijfsauto. Hij kreeg laat in zijn carrière zelfs een flinke boost toen hij verkrijgbaar werd met een plug-inhybride aandrijving. 
Het nieuwe model wil dit momentum aanhouden, zo niet aanzwengelen. Het zal daar ongetwijfeld in slagen dankzij de toevoeging van een elektrische versie, iX1 genaamd. Wie nog geen zin heeft om de stap richting zero-emission te zetten of gewoon het juiste profiel er niet voor heeft, kan nog steeds terecht bij goeie ouwe diesels en benzines, en op termijn opnieuw een plug-inhybride.

Groeischeut 

In vergelijking met de vorige X1 nam de totale lengte van de nieuwkomer toe met 53 millimeter. De nieuweling torent ook 44 millimeter hoger boven het asfalt uit en zette in de breedte uit met 24 millimeter. Wel daalde de luchtweerstandscoëfficiënt naar 0,26 om de extra frontale oppervlakte te compenseren.
De nieuwe X1 oogt ook heel wat potiger dan het uitgaande model. Hij lijkt wel gebeeldhouwd en spreekt een erg geblokte vormtaal, die in het geval van de M Sport-versies culmineert in complex vormgegeven bumpers met opvallende laterale uitsparingen. Er hangt een zekere Skoda-zweem rond, maar dat hoeft geen belediging te zijn.

iX-interieur

Het interieurdesign onderging een nog grotere evolutie dan het koetswerk. Voortaan prijkt er een brede gebogen tablet op het dashboard, BMW Curved Display genaamd. Het lijkt wel alsof je in een kleine iX zit, met alle mogelijke snufjes en persoonlijke instellingsmogelijkheden. 
Er zijn liefst vijf “My Modes” om uit te kiezen, met elk hun eigen kleurtjes en schermthema’s. Nuttig? Niet echt, maar dit soort eye-candy lijkt voor BMW wel een USP te zijn. Wie een ‘immersive’ digitale ervaring wil in zijn auto, is bij de X1 ontegensprekelijk aan het juiste adres.

Weg met de iDrive    

De gebruikte materialen zijn grosso modo premium, al mag je niet schrikken van wat minder fraaie plastics her en der. Knap is de zwevende middenconsole, die het verrassend genoeg zonder iDrive-controller stelt. In de praktijk mis je deze draai-drukinterface eigenlijk niet. Het menu van aanraakscherm is voldoende logisch opgebouwd om een intuïtieve bediening te garanderen. 

Het aantal functies dat BMW’s Operating System 8 mogelijk maakt, is duizelingwekkend. Je kunt bijvoorbeeld je smartphone gebruiken om de auto te ontgrendelen en te starten – ja zelfs om anderen een digitale sleutel sturen zodat ze je auto kunnen gebruiken. Ook kun je opties ‘huren’ in plaats van kopen… the cloud (and your wallet) is the limit.

Functioneel

Ongeacht je lichaamsproporties moet je een goede rijhouding kunnen vinden. Het zitcomfort is buiten kijf, zeker als je voor de sportstoelen gaat. Je kunt voor het eerst ook masserende en geventileerde zetels krijgen.
Achterin geniet je van voldoende beenruimte dankzij de verschuifbare achterbank (behalve op de plug-inmodellen) en de uitsparing in de rugleuning van de voorstoelen. Zelfs lange zwabbers schurken niet met hun kruin tegen het plafond. 
Het koffervolume groeide met 50 liter en varieert nu tussen 540 liter en 1.600 liter, afhankelijk van de positie van de achterbankleuning. Mits bijbetaling kun je die in verschillende hoeken positioneren. 

Geen handbak meer

Bij aanvang is het aanbod beperkt tot twee diesels en twee benzines. Die zijn voortaan altijd gekoppeld aan een automatische versnellingsbak, meer bepaald een zeventraps-DCT. Die laat zich in P, N, R en D zetten via een tuimelschakelaar in plaats van het traditionele pookje.

Even wennen is het feit dat je niet langer manueel kunt ingrijpen op de werking van de automaat, tenzij je voor de optionele schakelpaddles aan het stuurwiel gaat. Wil je enige motorrem creëren, bijvoorbeeld tijdens het afdalen van een steile helling, dan moet je de L-stand (van ‘low gear’) selecteren. 

Een echt probleem is dat niet: de gerobotiseerde zevenbak doet zijn werk uitstekend. Hij is intelligent genoeg om te weten wanneer hij moet schakelen en terugschakelen en past zich aan je rijstijl aan.

Met of zonder mild hybrid

Met uitzondering van de basismotoren (18d en 18i) krijgen alle verbrandingsmotoren in de X1 een zachte elektrische ondersteuning van een 14 kW sterke elektromotor op 48 volt. Die is niet via een riem aan de krukas verbonden, maar bevindt zich in de transmissie, wat veel efficiënter is. Hij helpt de auto bij het vertrekken en bovendien kan hij energie recupereren tijdens het vertragen. Het verbruik vaart erbij, maar bij het vertrekken voel je wel enige inertie.
De 18d waarmee we konden rijden, had deze mild hybrid-technologie niet en bleek des te alerter bij het aanzetten. Hij kwam bijzonder vlot voor de dag, zij het niet altijd even discreet tijdens het accelereren. Het betreft overigens een tweeliter, die door het Belgische fiscale stelsel allicht een beperkt succes zal kennen.

Pittige prijzen

Het nieuwe X1-gamma omvat drie versies: Basis, xLine en M Sport. Wij hebben een vermoeden dat de tweede uitvoering het populairst zal worden, al is de standaarduitrusting van de Basis lang niet verkeerd. Navigatie via BMW Maps, Parking Assist met Active PDC en Reversing Assist, 17-duimvelgen, een lederen sportstuur en automatische airco zijn inbegrepen.
Wil je dieselen, dan ben je minstens € 42.300 kwijt. De basisbenzine (sDrive18i, 1.5-driecilinder, 100 kW/136 pk) is zo’n € 2.500 goedkoper en zal op de particuliere markt allicht voor het gros van de verkopen instaan. Scherp kun je deze tarieven bezwaarlijk noemen, maar je krijgt wel een cross-over die op heel wat vlakken best-in-class is.

Onder zijn hoekige designerjasje verbergt de nieuwe BMW X1 een massa aan toptechnologie die hem naar het bovenste trapje van het segment tilt. De prijzen zijn navenant, maar de standaarduitrusting zette ook een serieuze stap voorwaarts.